Grondslagen overige
Financiële vaste activa
Verstrekte geldleningen nemen we op tegen nominale waarde. Wanneer nodig nemen we een voorziening voor oninbaarheid op.
Deelnemingen bestaan uit aandelen en participaties van naamloze- en besloten vennootschappen. We waarderen deze tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Wanneer de waarde van de aandelen structureel daalt tot onder de verkrijgingsprijs vindt afwaardering plaats.
Voorraden grondexploitaties: onderhanden werk
De onderhanden werken (bouwgrondexploitaties) waarderen we tegen vervaardigingskosten, inclusief financieringskosten en kosten algemeen beheer en verminderd met opbrengsten uit gerealiseerde verkopen en andere opbrengsten en bijdragen.
Als we voor een project een positief resultaat verwachten, verantwoorden we tussentijds winst. Jaarlijks berekenen we per grondexploitatie het aandeel van de gerealiseerde kosten en opbrengsten ten opzichte van de totaal begrote bedragen. We verantwoorden dan dit aandeel van de begrote winst als gerealiseerd. Dit wordt de Percentage of Completion methode genoemd.
Als we voor een project een negatief resultaat verwachten, vormen we daarvoor een voorziening.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Vorderingen waarderen we tegen de verkrijgings-vervaardigingsprijs (nominale waarde). Voor verwachte oninbaarheid brengen we een voorziening in mindering. De voorziening bepalen we op basis van de geschatte inningskansen.
Liquide middelen en overlopende posten
De kas- en banksaldi nemen we op tegen de nominale waarde.
Eigen vermogen
Onder het eigen vermogen nemen we de algemene reserve, de bestemmingsreserves en het saldo van de rekening van baten en lasten (=rekeningsaldo) op.
Voorzieningen
Voorzieningen waarderen we op het nominale bedrag van de betrokken verplichting of het voorzienbare verlies. De grondslag voor de voorziening dubieuze debiteuren is een dynamische bepaling met een statische toelichting.
De pensioenverplichting voor de wethouders waarderen we op de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen.
De onderhoudsvoorzieningen baseren we op een meerjarenraming van het uit te voeren onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen. We houden rekening met de geformuleerde kwaliteitseisen. In de paragraaf 'onderhoud kapitaalgoederen' lichten we het beleid toe.
Langlopende schulden
Langlopende schulden waarderen we tegen de nominale waarde verminderd met de aflossingen.
Vlottende passiva
De vlottende passiva waarderen we tegen de nominale waarde.
Borg- en Garantstellingen
Van de door de gemeente gewaarborgde leningen nemen we buiten de balanstelling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten op. In de toelichting op de balans nemen we de specificatie op.